Jom Kipoer, dat klinkt haast als een gerecht op de menukaart van een Indisch restaurant, maar het is de belangrijkste feestdag in het joodse jaar. Het is een dag van belijden van zonden, maar vooral een feestdag van vergiffenis, van vergeven en vergeven worden. Woensdag 26 september werd dit feest gevierd. Fout zitten, goed maken, schuld bekennen en vergeven. Pittige onderwerpen, maar bij de elfpluscatechese wordt daar stevig inhoudelijk over nagedacht en weten we er allemaal voorbeelden uit ons eigen leven bij te noemen. En het ene ‘kwaad’ is het andere niet. Soms kost vergeven een paar keer slikken, maar is het wel te doen, in andere kwesties ligt het een stuk moeilijker. Dat heeft bijvoorbeeld te maken met of het voorkomen had kunnen worden en met hoe vertrouwd je met elkaar bent. En er zijn ook sitiaties waarin vergeven onmogelijk lijkt. Zelf opbiechten dat je verkeerd hebt gezegd of gedaan is evenmin makkelijk! We hebben het biechten besproken, het hardop zeggen tegen de pastoor wat je verkeerd gedaan hebt. Lastig! Openbaar schuldbelijden – voor de hele groep zeggen dat je de miswijn gestolen hebt of iemand van de parochie hebt bedrogen – moet haast wel nog erger zijn. De plussen en minnen van schuld, boete, vergeven worden en vergeven werden van alle kanten bekeken.
In de kerk belijden we elke zondag onze schuld, samen, hardop. Daarmee is het niet gedaan. Wie werkelijk anders wil, zal ook anders moeten doen. Het een niet zonder het ander. En met dat ‘vernieuw ons leven’ wat we bidden en de barmhartige God die ons antwoordt, is het eigenlijk elke zondag een soort van nieuwjaar! Altijd wat te vieren dus!