Een Groninger van gereformeerde komaf, die op twaalfjarige leeftijd na het lezen van een boekje interesse kreeg voor de oud-katholieke kerk, die bijna een halve eeuw later docent kerkgeschiedenis aan het Seminarie is, lid van het Collegiaal bestuur, deken van het Metropolitaan Kapittel, deel uitmaakt van de (landelijke) commissie van de liturgie, meepraat in het IRAD-overleg (met de Rooms-Katholieke Kerk) én pastoor van Hilversum is. Tijdens het kennismakingsuurtje op zondag 4 mei na de viering vertelde pastoor Wietse van der Velde het een en ander over zichzelf. Gezien zijn takenpakket zal hij tachtig procent beschikbaar zijn voor de parochie, de overige twintig procent wordt ingevuld door Helen Gaasbeek. Helen was aanwezig in De Akker en stelde zich voor. Ook zij is opgegroeid in een protestants gezin. Na de opleiding theologie had zij dominee kunnen worden in de PKN, ware het niet dat zij – lid van een koor dat repeteerde in de Ste Gertrudis en zo nu en dan meezong in de mis – geraakt werd door de oud-katholieke viering. Na de eerste kennismaking volgde een tijd waarin Helen de oud-katholieke kerk steeds beter leerde kennen. Na haar keuze gemaakt te hebben, meldde zij zich aan bij het Seminarie en dit jaar hoopt Helen ook die opleiding te kunnen afronden.
In overleg wordt bekeken waar prioriteiten en capaciteiten liggen en wie van de pastores welke taak gaat ondersteunen.
Er waren vragen van parochianen over de lange litanie die op Pasen gezongen wordt, over het uitvoeren van de beleidsnota die enkele jaren geleden opgesteld is als reactie op de oproep van de aartsbisschop om de honderdprocent pastorsplaats te behouden, over huisbezoeken, aandacht voor jongeren en de 30-, 40jarigen, kloosterweekenden en connectie met parochies van elders, over meer van dit soort bijeenkomstem en meer dan twee gemeentevergaderingen in het jaar, zodat er beter aandacht kan zijn voor onder andere synode-onderwerpen. Een kladblok vol aantekeningen, waar pastores en kerkbestuur zich over zullen buigen. Zinvol, zo’n uurtje samen!